Pinot Noir is één van de oudste druivenrassen. Het opmerkelijke van Pinot Noir wijnen is het samenspel van uitersten in de structuur van de wijn : enerzijds zeer elegant, zacht, sensueel ; anderzijds heel krachtig en volumineus. Weinige wijnen kunnen deze contrasten zo mooi harmoniëren. Bij veroudering verwerven ze ook mooie tertiaire aroma’s.

Door de dunne schil van de Pinot Noir is kleurextractie zeer moeilijk. De monocépages zijn bijgevolg heel dikwijls licht van kleur.

De eenvoudige Pinot Noir-wijnen zijn fruitige wijnen met aroma’s van aardbeien, viooltjes en hebben frisse zuren. In koelere klimaten echter kunnen complexe en krachtige wijnen worden gemaakt van de Pinot Noir.

Culinair : Door zijn fris fruitig karakter en mooie aciditeit zal jonge Pinot Noir passen bij vleesgerechten die fijn en elegant zijn. Ook gerechten met behoorlijk wat vet, zoals charcuterie en paté worden mooi aangevuld, soms gecontrasteerd. We denken aan cocq au vin, kalkoen, konijn met mosterd, een vleesbroodje, etc.

Oude Pinot Noir zal door zijn eigen complexiteit dan weer best samengaan met gebakken fijne (complexe) vleesgerechten. We denken aan gebraad van everzwijn, ree, hert. Door de mooie tertiaire aroma’s die Pinot Noir kan ontwikkelen zal hij op leeftijd ook prima passen bij gerechten met paddenstoelen.

Ga naar de bovenkant